Sven Sels, een jager uit Antwerpen, verzorgt in het HVV-ledenblad de reeks ‘Weidelijkheid’, waarin hij iedere maand kritisch nadenkt over ethische verantwoord gedrag in de jachtsector. Deze keer: hoe gedraag ik me als jager tijdens een confrontatie met recreanten?

 

1. Situatie

Een zondag, in oktober. Prachtig herfstweer. Een groepje jagers trekt het veld in. Echter, ze zijn duidelijk niet de enige met behoefte aan frisse buitenlucht. Deels door de lockdown zijn reeds vroeg de veldwegen druk bezet met wandelaars, joggers, fietsers en ruiters. In de meeste gevallen groet men beleeft of maakt men kort een praatje.

In sommige gevallen horen de jagers verwensingen.

Wanneer een groep mountainbikes dwars door het bos rijdt, verspert een van de jagers hen de weg. Hij beschuldigt hen van onverantwoord gedrag en schreeuwt dat hij ze daar ‘nooit meer wil zien’. Van het een komt het ander, en al snel vliegen de scheldwoorden, de verwijten en de dreigementen heen en weer.

Gelukkig weet de jachtheer de gemoederen te bedaren, maar de stemming is vergald. Hoewel bovenstaande om een hypothetisch geval gaat, kan iedere jager zich soortgelijke situaties voor de geest halen. De vraag luidt dan: hoe gaat een jager daarmee het best om?

2. Wettelijkheid

Als grondbeginsel gaat het jachtdecreet uit van drie basisoverwegingen:

  • de jacht is een historisch feit in West-Europa en heeft aldus bestaansrecht;
  • de jacht is, biologisch bekeken, aanvaardbaar zolang zij het evenwicht in de bejaagde populatie niet verstoort, of zolang zij deze populatie alleen maar terugbrengt tot een voor de samenleving en het natuurbehoud aanvaardbaar peil;
  • de jacht is maatschappelijk aanvaardbaar zolang zij rekening houdt met de rechten en de plichten van elke burger.

Dit houdt in dat men als jager rekening moet houden met andere gebruikers van het buitengebied, zoals bijvoorbeeld ruiters.

Wel bepaalt het toegankelijkheidsbesluit dat bij jachtactiviteiten de bossen geheel of gedeeltelijk ontoegankelijk kunnen worden gemaakt via een verbodsbord. De beheerder moet de verbodsborden aanbrengen aan de belangrijkste toegangen van het ontoegankelijk te stellen gebied. De borden moeten uiterlijk 48 uren voor de jachtactiviteit geplaatst worden, tenzij wanneer de inwerkingtreding onverwijld moet plaatsvinden. De borden moeten uiterlijk 24 uur na het einde van de jachtactiviteit verwijderd worden.

Ook van belang is de bepaling van Artikel 9 van het Jachtdecreet: ‘Het is aan ieder ander dan de aangelande eigenaar of zijn rechthebbende verboden te jagen op de openbare wegen en op de spoorwegbermen.’

A contrario houdt dit in dat men als aangelande jager wel degelijk de jacht mag uitoefenen op de openbare weg. Vanuit veiligheidsperspectief is dit ook logisch aangezien men op de weg een beter overzicht heeft en passanten tijdig kan waarnemen.

Het spreekt dan ook voor zich dat men niet op de openbare weg schiet wanneer dit anderen in gevaar zou kunnen brengen of – niet onbelangrijk – als gevaar zou kunnen worden ervaren.

Als laatste verwijzen we nog naar het verbod om op minder dan 150 meter van woningen of gebouwen vuurwapens af te vuren in de richting van deze laatste. Niemand heeft graag valhagel in zijn tuin of op zijn dak. Zelfs wanneer men de andere richting uitschiet, is het toch wenselijk een zekere afstand te respecteren.

3. Weidelijkheid

Ook vanuit een weidelijk standpunt zal een jager zich zelf principes en beperkingen opleggen die verder gaan dan de wettelijke bepalingen. Weidelijkheid omvat namelijk ook het respect voor de medemens en het aspect maatschappelijk draagvlak en duurzaamheid.

Hoffelijkheid en respect zouden een basisbeginsel moeten zijn voor iedereen, maar voor ons jagers des te meer, zowel op als naast de jacht. Net zoals wij van anderen verwachten ongestoord te kunnen jagen, zo moeten we er ook begrip voor hebben dat anderen veilig kunnen genieten van de publieke ruimte. Ook handelingen die op zich volledig geen enkel gevaar vormen, kunnen voor buitenstaanders als bedreigend worden waargenomen.

Dit kan soms betekenen dat men als jager een stapje terugzet, ook al is men wettelijk volledig in zijn recht. Wanneer echter anderen zich onrespectvol gedragen, betekent dit daarom nog niet dat men zich als jager tot hetzelfde niveau moet verlagen. Bij een confrontatie heeft men als jager nooit iets te winnen, en het is dan ook beter de eer aan zich te houden in plaats van de zaken te laten escaleren.

Dit brengt ons bij het tweede luik, namelijk de duurzaamheid en het maatschappelijk draagvlak van de jacht. Maatschappelijk gezien kan men stellen dat ongeveer 40 procent van de bevolking voor de jacht is, 20 procent tegen en 40 procent onbeslist. Tegenstanders ga je op de jacht zelf moeilijk kunnen overtuigen en al zeker niet door de confrontatie aan te gaan. Net zoals bij verkiezingen draait alles om het onbesliste deel van de bevolking. Door respectvol met hen om te gaan en eventueel een woordje uitleg te verschaffen, kunnen we ze overtuigen van de jacht, terwijl een onaangenaam contact hen voor altijd in het kamp van de tegenstanders kan drijven. Dat laatste kunnen we ons niet permitteren.

Vanuit verschillende kanten wordt momenteel systematisch getracht de jacht in diskrediet te brengen. Er is geen betere manier om dit tegen te gaan dan rechtstreeks contact en een respectvolle omgang met de bevolking.

4. Hoe mij te gedragen?

  • Blijf altijd hoffelijk en kalm. Wie zijn stem verheft in een discussie, heeft bij voorbaat verloren.
  • Probeer bij de planning van de jacht om drukke momenten zoveel mogelijk te vermijden en voldoende afstand te houden van bebouwing.
  • Plaats waarschuwingsborden op de toegangswegen. Indien zich toch recreanten in de drift zouden begeven, kan men hen er kordaat, maar beleefd op wijzen dat ze hun eigen veiligheid in gevaar brengen.
  • Groet voorbijgangers.
  • Waarschuw medejagers indien wandelaars, fietsers of ruiters zich in of nabij de drift bevinden en onderbreek indien mogelijk even de jacht.
  • Scheldtirades of provocaties van passanten kan men doorgaans best negeren.
  • Een wapen kan als bedreigend ervaren worden. Breek en ontlaad daarom steeds het wapen en/of overhandig het aan een collega-jager wanneer men met recreanten of bewoners in gesprek gaat.
  • Indien een gesprek toch dreigt te escaleren, is het verstandig afstand te nemen en zo nodig de politie te contacteren.

 

Lees ook de eerdere bijdrages over weidelijkheid

Dit nieuwsartikel delen:
RSS feed