Naamgeving
Wetenschappelijk: Cervus nippon
Frans: Cerf sika
Engels: Sika deer
Duits: Sikahirsch
Uiterlijk
De vacht van het sikahert is zomers kastanjekleurig roodbruin van kleur. Het heeft een wit staartstuk en een korte, witte staart. Het staartstuk wordt belijnd door een donkerbruine streep. Het sikahert heeft een kop-romplengte van 110 tot 150 centimeter, een schouderhoogte van 70 tot 100 centimeter en een gewicht van 80 tot 120 kilogram. Het gewei (enkel gedragen door het mannetje) is relatief klein en beslaat tot acht enden. Het gewei groeit (zowel in grootte als in aantal enden) naarmate het dier ouder wordt.
Verschil met damhert
Het sikahert is te onderscheiden van het eveneens gevlekte damhert door de grootte (damherten worden meestal groter) en door het gewei. Het gewei van een sikahert bestaat uit enden, terwijl het damhert een schoffelgewei heeft: er zitten tussen de enden “vliezen”.
Voedsel
Sikaherten eten vooral gras, maar eten ook van struiken en bomen. Ook eten ze eikels, boomschors en paddenstoelen.
Biotoop
Oorspronkelijk afkomstig uit Oost-Azië, zijn sikaherten geïntroduceerd in verschillende Europese landen. In Europa leven ze in parken, maar uit ontsnapte exemplaren zijn hier en daar (onder andere in het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Denemarken, Duitsland, Frankrijk) roedels ontstaan.
Voortplanting
De paartijd (bronst) duurt van eind augustus tot oktober. Na een draagtijd van ongeveer acht maanden werpt het vrouwtje één kalf in mei of juni. Tweelingen komen zeer zelden voor. De zoogtijd duurt zes tot tien maanden, hoewel het jong al na een maand zal gaan grazen. Het kalf is na zestien tot achttien maanden geslachtsrijp, en na vier jaar volledig volgroeid. De oudst bekende leeftijd is ongeveer vijftien jaar.
Gedrag
Het sikahert is de gehele dag door actief, maar laat zich voornamelijk in de schemering zien. Buiten de paartijd leven de geslachten in aparte roedels. De mannetjes leven in vrijgezellengroepjes, de hinden leven met de kalveren in kleine familiegroepjes van twee tot acht dieren. In meer open of in voedselarme streken leven de dieren in grotere kudden. In gebieden waar ze veel voorkomen, kunnen ze schade veroorzaken aan landbouwgewassen en jonge bomen.
Populatie
Sikaherten zijn in diverse delen van Europa en Noord-Amerika verwilderd en vormen stabiele populaties. Ook in Vlaanderen worden ze waargenomen.