Met 550 kandidaten voor het theoretisch jachtexamen, tekent de sector voor een recordaantal inschrijvingen.
Wie wil jagen in Vlaanderen, moet eerst slagen voor een overheidsexamen, georganiseerd door het Agentschap voor Natuur en Bos, dat bestaat uit een theoretische en praktische proef.
Het theoretische luik vindt op zaterdag 24 april coronaproof plaats, in de hallen van Flanders Expo, Gent, en peilt via zestig meerkeuzevragen naar de kennis van de jachtregelgeving, de biologie van het wild, en de werking van wapens en munitie.
Voor dat examen schreven zich dit jaar 550 kandidaten in. Bijna een kwart meer dan vijf jaar geleden, en meteen ook het hoogste aantal sindsdien. Geert Van den Bosch, directeur van Hubertus Vereniging Vlaanderen, spreekt van een ‘bemoedigend record’.
Eindelijk tijd vrij
Een verklaring geven voor die stijging vindt de HVV-voorman niet zo moeilijk. Vooreerst wijst hij op de impact van corona. ‘De pandemie joeg de mensen massaal naar buiten, de natuur in. De enige plek voor velen om de eentonigheid van het eigen huis te kunnen ontsnappen. Met de herontdekking van het buitengebied kwam waarschijnlijk bij sommigen ook de interesse in wild. En met het grotendeels wegvallen van het sociale en culturele leven, kwam door de pandemie ook de tijd vrij om zich te verdiepen en zich klaar te stomen voor het jachtexamen.’
Maar volgens Van den Bosch past de stijging ook in een breder maatschappelijk fenomeen. ‘Kijk naar het succes van bushcraft, kijk naar het succes van de telweekends, kijk naar het groeiend aantal vogelaars: de moderne mens probeert op verschillende manieren de band met de natuur weer aan te halen. Jacht past perfect in dat rijtje. Temeer omdat wildbeheer praktische antwoorden biedt op tal van hedendaagse filosofische kwesties: hoe verhoud ik me bijvoorbeeld tot de consumptie van vlees? Hoe verhoud ik me tot leven en dood? Hoe kijk ik naar de toekomst, en naar mijn bescheiden plaats daarin?’
Streng selectiesysteem
Een derde verklaring ziet Van den Bosch in inspanningen van de sector zelf om open te communiceren over wat jacht allemaal inhoudt, met specifieke aandacht voor de beeldvorming. ‘Dé jager bestaat niet. Verpleegsters, dakwerkers, oogartsen, gewezen mijnwerkers, studenten, juristen: in de publicaties van Hubertus Vereniging Vlaanderen wordt die rijkdom aan sociale profielen consequent getoond. Waardoor geïnteresseerden, die zich herkennen in die diversiteit, makkelijker de stap zetten. Niet toevallig dat bijvoorbeeld het aantal jongeren en vrouwelijke wildbeheerders dan ook in de lift zit, wegens specifieke media-aandacht voor die groepen.’
Nog dit: enkel wie slaagt voor het theoretisch jachtexamen mag daarna pas (in augustus) het praktische gedeelte aanvatten. Van den Bosch vindt dat een ‘een strenge, maar een terechte manier van werken, want jacht blijft een activiteit met een vuurwapen. Niet iedereen is daarvoor geschikt’.
