Er zijn diverse redenen waarom wapenbezitters die perfect legaal hun wapens bezitten, herladen. Voor lange afstandsdisciplines is vereist dat de lading van de munitie wordt aangepast aan de omstandigheden, het wapen en de discipline. Ook bij dynamische disciplines wordt herladen om munitie te kunnen maken om binnen een specifiek klassement te schieten dat afhangt van “power factor”, alsook om de prijs van de munitie enigszins te drukken.
Reeds tientallen jaren zijn er in ons land duizenden sportschutters die binnen de grenzen van de wetgeving hun eigen munitie herladen. Er zijn geen incidenten of risico’s bekend tijdens het thuis herladen van munitie.
Er is nu, naar aanleiding van een strafdossier, een nieuwe uitspraak van het Hof van Cassatie, het hoogste rechtscollege in België. Daarin wordt gezegd dat ook particulieren die thuis herladen louter voor eigen gebruik enkel kan mits een vergunning voor de exploitatie van een “springstoffenfabriek”. Daarmee wordt eerdere rechtspraak van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel teruggefloten. Dit nieuws kreeg de nodige weerklant op sociale media en veroorzaakte paniek bij diverse wapenbezitters en handelaars. Hierbij bezorgen we een samenvatting.
Herladen is enkel nog mogelijk mits vergunning als springstoffenfabriek
Volgens het Hof van Cassatie is er bij het thuis herladen van munitie sprake van het verwerken van springstoffen. Een inrichting die springstoffen verwerkt wordt door de Springstoffenwet als een springstoffenfabriek gezien.
Het springstoffenreglement, dat dateert van einde jaren 50 van de vorige eeuw, zegt dat enkel personen die een vergunning hebben verkregen van de bestendige deputatie een springstoffen fabriek mogen uitbaten.
De voorwaarden waaraan moet worden voldaan zijn dezelfde voorwaarden als deze waaraan een “echte” industriële munitiefabriek moet voldoen. Zo moet onder meer de springstof in afzonderlijke bunkers worden opgeslagen met een aarden omwalling, de lokalen voor opslag mogen geen vensters hebben, etc… In de praktijk is het als particulier quasi onmogelijk om aan de vereisten te voldoen gelet op de zeer hoge kosten.
En mits omgevingsvergunning klasse 1, aanstellen milieucoördinator, …
De indeling als springstoffenfabriek heeft ook nog gevolgen voor het omgevingsrecht. Voor sommige activiteiten die hinder kunnen veroorzaken is een omgevingsvergunning nodig. De lijst die bepaalt welke activiteiten aan een vergunning onderworpen zijn (de “indelingslijst”) verwijst naar de federale regels inzake springstoffen.
Als er enkel sprake is van opslag van beperkte hoeveelheden (max. 2kg los kruit, 5.000 slaghoedjes en munitie met 10kg net explosieve massa), dan is er een vrijstelling.
Als er echter sprake is van een munitiefabriek, zoals het Hof van Cassatie nu stelt, is de “inrichting” ingedeeld onder klasse 1, dit is de hoogste klasse. Er kan dus enkel nog herladen worden nadat een omgevingsvergunning werd verleend. De bestendige deputatie is bevoegd om deze uit te reiken. De procedure omvat een uitgebreid openbaar onderzoek en een adviestraject waarbij omwonenden in een straal van 250m rond de inrichting dienen te worden aangeschreven. Het dossier wordt ook ter inzage gelegd in het omgevingsloket zodat iedereen het kan inzien en bezwaren kan formuleren.
Het bekomen van een VLAREM-klasse 1 vergunning voor particulieren is weinig realistisch. Hiervoor is het vereist dat bijvoorbeeld de wanden van het gebouw waarop de vergunning betrekking heeft zo zijn ontworpen dat zij bestand zijn tegen een overdruk die driemaal groter is dan die van het dak. Er dienen eveneens bijzondere maatregelen genomen te worden inzake brandpreventie-en bestrijding.
Het verlenen van een omgevingsvergunning voor een springstoffenfabriek is eveneens onderworpen aan de zogenaamde “verenigbaarheid met de planbestemming”. Dit houdt in dat dergelijke fabrieken enkel toegestaan zijn in welbepaalde bestemmingsgebieden, zoals industrieterreinen. In woongebieden is het quasi uitgesloten dergelijke vergunningen te bekomen. Bij de beoordeling van deze omgevingsvergunning zal ook voldaan moeten zijn aan alle voorwaarden voor de opslag van het kruit door springstoffabrieken die bepaald worden door de artikelen 200 tot en met 256 van het Springstoffenbesluit.
Verder heeft de exploitatie van een springstoffenfabriek nog tot gevolg dat het perceel als risicogrond beschouwd wordt voor de toepassing van het bodemdecreet. Daardoor zullen oriënterende bodemonderzoeken nodig zijn, mogelijks reeds bij aanvang van de activiteit en ook telkens als de grond wordt overgedragen.
Er is eveneens de verplichting om een milieucoördinator A aan te stellen die over de nodige kwalificaties beschikt.
Zowel het verlenen als het exploiteren van een inrichting klasse 1 is aan taksen onderworpen die variëren van 250 – 1.000 EUR per jaar.
Conclusie: stop de persen
Het cassatiearrest brengt duidelijkheid in de zin dat een werkbank om thuis te herladen als een “springstoffenfabriek” wordt beschouwd. Het is in de huidige stand van de regelgeving voor particulieren onmogelijk om aan deze vereisten te voldoen. Het thuis herladen zonder de onmogelijk te behalen vergunningen is strafbaar. Wij adviseren daarom om niet meer te herladen en de persen te stoppen. Bij inbreuken riskeert men intrekking alle wapens en vervolging voor de correctionele rechtbank.
Het bezit van herlaadmateriaal en componenten blijft mogelijk, voor zover er geen springstoffen meer worden verwerkt en uiteraard binnen de toegelaten hoeveelheden. Het is raadzaam om deze zaken bij te houden in afwachting van een wijziging van de regelgeving en ondertussen niet meer te laden. We hebben er vertrouwen in dat deze ronduit absurde situatie uiteindelijk zal worden rechtgezet.
Wijziging regels noodzakelijk
Het is volstrekt onlogisch dat een particulier die thuis een werkbank heeft om in zijn vrije tijd af en toe wat patronen te maken om wedstrijden benchrest, parcours of lange afstand te schieten, aan dezelfde regels moet voldoen als een munitiefabriek waarin op industriële schaal miljoenen patronen worden vervaardigd. Zeker ook omdat er geen incidenten tijdens het herladen bekend zijn. De strenge regels voor thuis herladen zijn dan ook moeilijk te verantwoorden in het licht van bijvoorbeeld het gelijkheidsbeginsel.
In overleg met alle andere organisaties binnen Belgian Weapon Forum zullen we de nodige initiatieven nemen om de bevoegde overheid te contacteren om een aangepaste regeling te maken. Tijdens de vorige legislatuur werd al een volledig nieuwe tekst van het springstoffenbesluit uitgewerkt. Daar wordt dan voorzien dat het particulier herladen aan een melding wordt onderworpen en dat er redelijke veiligheidsvoorwaarden zijn. Deze tekst deelt particulier herladen niet in onder dezelfde categorie als de springstoffenfabrieken. De opgelegde voorwaarden zijn haalbaar in de context van herladen in een woning. Vermits de Vlaamse milieuwetgeving naar de federale springstoffenregelgeving verwijst, zou het aannemen van deze tekst nagenoeg alle problemen oplossen.
Het aanpassen van dergelijke regelgeving vraagt echter wat tijd en kan enkele jaren in beslag nemen. In afwachting van een wijziging in de regelgeving kan niet meer particulier worden herladen.
Wordt ongetwijfeld nog vervolgd.
Tekst

Nico Demeyere
Mathieu Vereecke